1 = Essentie, hier draait het om
2 = Dit kan je beter niet doen
3 = Dit kan je beter wel doen, de juiste weg
4 = Hier gaat/leidt het naartoe
2 = Dit kan je beter niet doen
3 = Dit kan je beter wel doen, de juiste weg
4 = Hier gaat/leidt het naartoe
Voordat je de kaarten gaat schudden concentreer je je op de vraagstelling. De vraag moet als volgt gesteld kunnen worden: Wat kan ik doen om…te bereiken, of Hoe kan ik dit probleem oplossen? Je kunt dus geen ja/nee vraag stellen, er bestaat wel een legging waarbij je de gevolgen kunt zien wanneer je wel en niet iets zou doen.
De kaarten staan voor verleden, heden en toekomst, de plek waarop zij liggen bepaald het tijdstip.
Er zijn kaarten die het bewustzijn aangeven, en kaarten die staan voor wat zich onbewust afspeeld. Kaarten die naast en boven elkaar liggen houden verband met elkaar, die kun je dus niet afzonderlijk interpeteren.
Er zijn kaarten die het bewustzijn aangeven, en kaarten die staan voor wat zich onbewust afspeeld. Kaarten die naast en boven elkaar liggen houden verband met elkaar, die kun je dus niet afzonderlijk interpeteren.
Voor beginners is het raadzaam eerst een periode 1 legsysteem te gebruiken, totdat je de kaarten en legging goed kent.
Je kunt een legging maar 1x doen, je kunt het niet direkt opnieuw doen, het is beter een paar dagen te wachten. Wanneer je een legging echt niet begrijpt, kun je kijken welke kaart precies onduidelijk is voor jou, en eventueel “Het Kruis” leggen met als vraagstelling: “Wat betekent kaart X in de laatste legging?”
Het is goed om, zeker wanneer je er net mee begint, de leggingen te noteren, zodat je het later nog eens kunt teruglezen. Wanneer je voor een ander kaarten legt zou je voor die persoon zeker alles moeten opschrijven, en meegeven.
Je kunt een legging maar 1x doen, je kunt het niet direkt opnieuw doen, het is beter een paar dagen te wachten. Wanneer je een legging echt niet begrijpt, kun je kijken welke kaart precies onduidelijk is voor jou, en eventueel “Het Kruis” leggen met als vraagstelling: “Wat betekent kaart X in de laatste legging?”
Het is goed om, zeker wanneer je er net mee begint, de leggingen te noteren, zodat je het later nog eens kunt teruglezen. Wanneer je voor een ander kaarten legt zou je voor die persoon zeker alles moeten opschrijven, en meegeven.