‘Niets van’, zegt de Leuvense professor Jan Geuns. ‘Stevia wordt doelbewust van de markt gehouden.’Professor Jan Geuns leidt het lab voor Functionele Biologie aan de KULeuven. Geuns is een fervent voorstander en veelgebruiker van stevioside, zoveel is duidelijk. Hij trakteert ons op een kopje koffie met stevia als we hem in zijn lab ontmoeten. We aanvaarden aarzelend – stevioside is niet legaal te verkrijgen in België – en merken op dat het niet echt hetzelfde smaakt als suiker. Waarop Geuns gedreven van wal steekt.
‘Wat er nu in je koffie zit, is stevioside’, zegt hij. ‘Het smaakt inderdaad niet volledig als suiker. Maar in Brazilië en de Verenigde Staten is een samenstelling van stevioside en het afgeleide rebaudioside te koop. De smaak daarvan benadert die van suiker veel dichter. Tests in Duitsland tonen aan dat de meeste proefpersonen nagerechten met suiker niet kunnen onderscheiden van nagerechten met een stevioside-rebaudioside mengsel.’
Verschil
‘Stevia zit in de blaadjes van de steviaplant’, legt Geuns uit. ‘Naargelang de plantensoort en de kweekomstandigheden kan het gehalte aan rebaudioside veranderen. Hoe meer rebaudioside, hoe meer het als suiker smaakt. Maar ook stevioside went: ik gebruik het al jaren en ik merk het verschil niet meer.’
In Brazilië, Zuid-Korea, Maleisië en Japan worden de blaadjes van de steviaplant, stevioside en de geraffineerde extracten al jaren gebruikt als caloriearme zoetstof. In de Verenigde Staten mogen steviablaadjes in poedervorm en geraffineerde extracten van de bladeren sinds 1995 als voedingssupplement gebruikt worden. Maar waarom hebben we nood aan een nieuwe suikervervanger’ Aspartaam is al lang op de markt, en zit in een hele resem light-producten. Vele mensen lopen met een doosje aspartaamtabletjes rond om hun koffie te zoeten, en vinden dat blijkbaar voldoende als suikervervanger.
‘In vergelijking met suiker heeft stevia bijna geen negatieve eigenschappen’, stelt Geuns. ‘De voordelen van stevioside als voedingssupplement ter vervanging van suiker zijn groot. Het is stabiel, wat wil zeggen dat de chemische structuur ook bij hoge temperaturen niet verandert. Suiker doet dat wel: het karameliseert als je het bakt en dat maakt verschillende kankerverwekkende stoffen aan. Karamelisatie is een veelgebruikt proces in de voedingsindustrie, maar over de gevolgen zwijgt men als de dood.’
‘Andere grote voordelen van stevia zijn dat het geen of zeer weinig calorieën bevat en niet slecht is voor de tanden’, gaat Geuns verder. ‘Dat je stevia kan gebruiken voor diabetespatiënten en mensen met obesitas opent bovendien mooie perspectieven. Hoge concentraties van stevioside (tot een halve gram driemaal per dag) verlagen de bloeddruk van patiënten met hypertensie. De concentraties aan vetten en glucose in proefpersonen vertonen geen significante wijziging bij inname van stevioside. Bovendien heeft stevioside enkele veelbelovende eigenschappen die nuttig kunnen zijn in de behandeling van diabetes van het type 2. Onlangs werd aangetoond dat de orale inname van stevioside een duidelijke afname van de glycemische respons – de afscheiding van insuline – bij een testmaaltijd geeft.’
‘Van stevioside zijn geen nevenwerkingen bekend’, besluit Geuns. ‘Ik wil geen kwaad spreken van aspartaam, maar het smaakt niet echt als suiker. Er zijn ook veel neveneffecten beschreven bij gebruik van hoge dosissen, en de consument kan dat natuurlijk moeilijk narekenen. Als je op een warme dag een aantal light-frisdranken drinkt en ook nog light-gerechten eet, overschrijdt je misschien zonder het te weten de toegelaten drempel. Van stevioside moet je al enorme hoeveelheden gebruiken voor het toxisch wordt. Ook reageren sommige types diabetici slecht op aspartaam. Met stevia doet dat probleem zich niet voor’.
Als je alle toegevoegde suikers in de gemiddelde voeding optelt, komen we in België aan 131 gram toegevoegde suiker per dag per inwoner. Ter vergelijking: we eten bijvoorbeeld maar gemiddeld 109 gram vlees per dag.
Overconsumptie
‘Die overconsumptie van suiker is waanzin’, vindt Geuns. ‘We tellen er dan niet eens de suikers bij die normaal in planten zitten, maar slechts de zogenaamde verborgen suikers die door de voedselindustrie als voedingssupplement gebruikt worden in verpakt voedsel. Onze voeding wordt tegenwoordig op industriële schaal gemaakt, en voorverpakt verkocht. Hoe je het ook draait of keert, industrieel gemaakt voedsel heeft nauwelijks smaak. Daarom voegt men suiker, vet, zout en smaakmakers zoals glutamaat toe. Vier dingen die we in de voeding absoluut niet nodig hebben, en die schadelijk zijn voor de gezondheid. Tegenwoordig stopt zelfs de slager suiker in zijn vlees. Deze zomer heb ik een brood gekocht in Frankrijk, en ik las toevallig de ingrediënten op de verpakking. Er zat 10 procent suiker in. En dat was een gewoon brood, geen suikerbrood’.
‘Bovendien wordt suiker onder de kostprijs verkocht’, zegt Geuns. ‘Met een normale kostprijs zou men het veel minder gebruiken. Suikerteelt wordt enorm gesubsidieerd. Brazilië kan bijvoorbeeld een kilo suiker goedkoper produceren dan het bedrag dat hier aan subsidies naar de productie gaat. Dat is niet meer rationeel te noemen. Een grote lobby achter de suikerindustrie verdedigt enorme belangen.’
Hoe komt het eigenlijk dat we zo’n hang naar suiker hebben’ Suiker, zo blijkt uit onderzoek, is niet alleen lekker: het werkt ook verslavend.
‘Men heeft ooit in een klas een test gedaan’, vertelt Geuns. ‘De helft van de leerlingen kreeg hun gewone dieet dat enorm veel toegevoegde suikers bevat, de andere helft kreeg gezond eten. Na een week begonnen de leerlingen met een gezond dieet onrustig en agressief gedrag te vertonen. De verklaring was niet ver te zoeken: opwinding en agressie scheiden adrenaline af in het bloed, die op hun beurt zetmelen afbreken, met als resultaat meer suiker in het bloed. De kinderen hadden dus afkickverschijnselen, typisch voor suiker. Je kan suiker gerust op een lijn plaatsen met alcohol en nicotine.’
Erkenning
Ondanks de nadelen van suiker en de duidelijke voordelen van stevia, weigerde de Europese Commissie in 2000 stevia toe te laten, met als argument het gebrek aan kritische wetenschappelijke studies over stevia en discrepanties tussen de beschikbare studies. Vooral een aantal studies naar de mogelijke toxiciteit van stevia hield de erkenning tegen. ‘Al in 1997 hebben we een dossier bij het Voedselagentschap ingediend om stevia als voedingssupplement te laten erkennen. Maar men heeft met alle mogelijke middelen getracht het onderzoek onderuit te halen’, stelt Geuns. Hij is niet mals voor de Hoge Gezondheidsraad, het wetenschappelijk adviesorgaan van de federale overheidsdienst Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu.
‘Toen het dossier in België voor de Hoge Gezondheidsraad kwam, gaf de verantwoordelijke reporter me eerst een gunstig advies. Hij vroeg slechts kleine correcties in het dossier. Toen zijn er tussenkomsten geweest van sommigen die vonden dat stevia niet veilig was, en er is een tweede reporter aangesteld. Ik heb sterke aanwijzingen van belangenvermenging, omdat sommigen ook banden blijken te hebben met voedingsbedrijven. Men heeft al het mogelijke gedaan om het dossier op de lange baan te schuiven: bijkomende vragen over details, ongefundeerde geruchten als zou stevia impotentie veroorzaken, twijfels over de degelijkheid van studies van onafhankelijke wetenschappelijke instellingen. Het hield niet op.’
‘De tegenargumentatie steunde vooral op één artikel over proeven met ratten. De dieren kregen stevia-extract toegediend in enorm hoge dosissen: je zou de helft van je lichaamsgewicht aan steviablaadjes moeten eten om zo’n hoge concentratie binnen te krijgen. Bij een deel van de mannetjesratten werd een lichte vruchtbaarheidsvermindering vastgesteld, maar de conclusie luidde: ‘Stevia maakt impotent’.’
Het uiteindelijke resultaat was dat België een negatief rapport stuurde naar de Europese Commissie, waardoor stevia niet erkend werd. ‘Ik kan maar een conclusie trekken’, stelt Geuns: ‘Men houdt stevia doelbewust van de markt.’
Uw mening wordt geäpprecieerd !