De sluier van de illusie, of maya, die je ervan weerhouden heeft de realiteit te zien zoals ze is, begint weg te branden. Het vuur is niet het verhitte vuur van de hartstocht, maar de koele vlam van gewaar-zijn. Naarmate deze de sluier verder wegbrandt wordt het gezicht van een heel delicate, kindgelijke boeddha zichtbaar, Het gewaar-zijn dat nu in je groeit is niet het gevolg van enige bewuste actie; je hoeft er dan ook niet voor te vechten om iets te laten gebeuren. Mocht je het gevoel hebben gehad dat je in het duister tastte, dan is dat nu al aan ’t verdwijnen of anders zal het spoedig verdwijnen. Kom tot rust en besef dat je diep van binnen slechts een getuige bent, een altijd stille, oplettende en onveranderde getuige. Er wordt nu een weg gebaand van de activiteit aan de oppervlakte naar dat centrum van getuige-zijn. Dat zal je helpen afstand te houden en een nieuw gewaar-zijn zal de sluier voor je ogen oplichten.
Het denken kan nooit intelligent zijn – alleen niet-denken is intelligent. Alleen niet-denken is oorspronkelijk en radicaal. Alleen niet-denken is revolutionair – een revolutie in actie.
Je huidige denken brengt je in een soort roes. Belast met de herinneringen aan het verleden, belast met de projecties op de toekomst, leef je voort – op een minimaal niveau. Je leeft niet optimaal. Je vlam blijft erg zwak. Zodra je je gedachten laat varen, het stof dat je in het verleden hebt vergaard, laait de vlam op – zuiver, helder, levendig, jong. Je hele leven wordt een vlam, een vlam die geen rook geeft. Dát is gewaar-zijn.
(Uit: A sudden clash of thunder, hoofdstuk 1