Home => Spiritualiteit & Nieuwe tijd => De Maya Kalender - 2012 => De Mayakalenders en hun relatie met het magische jaar 2012 (Deel 3)

De Mayakalenders en hun relatie met het magische jaar 2012 (Deel 3)

Inleiding

Dit is dan eindelijk het derde deel van de artikelenreeks waarin ikop zoek ga naar het verband of de relatie tussen de Mayakalenders en het veelbesproken en beschreven jaar 2012 in de Westerse, over de hele planeet als standaard ingevoerde, Gregoriaanse kalender. Nadat ik in het vorige deel dieper op onder andere de Tzolk’in in ben gegaan, wil ik nu aandacht besteden aan de kalender van 365 dagen die de baan van de Aarde rond de Zon bijhoudt; de in deel 1 al heel kort besproken Haab. Ook zal ik in dit deel van deartikelenreeks uitgebreidingaan op de Lange Telling en de werking van het typische notatie systeem van deze telling die ons (dan eindelijk, jawel) doet uitkomen op de einddatum van deze kalender in de maand december van het jaar 2012. Laten we gelijk beginnen.

Voor als u misschien eerst nog de overigens onlangs geupdate artikelstukken ‘Deel 1’ en / of ‘Deel 2’ van deze reeks wilt lezen, kunt u die hier op Dossier X vinden: deel 1 en deel 2.

De Haab en zijn Uinals

De kennis van de Haab werd door de Ah-Kin (de zogenoemde priesters) en andere ingewijden (de Chilam) gebruikt voor adviezen die het volk hielp met bijvoorbeeld het bedrijven van landbouw. Het gebruik van de Haab gebeurde vaak in combinatie met de heilige galactische kalender van 260 dagen, deTzolk’in. Zo vertelden de kalenderbewakers de boeren wanneer er gezaaid en geoogst moest worden, maar ook wie er wanneer geofferd diende te worden, ten gunste van het algemene belang. Een hele eer dus…..

De kennis van deze kalender was niet, zoals de Tzolk’in, een onderdeel van de dagelijkse door het volk gebruikte kalenderkennis die hen vertelde waar de afzonderlijke dagen goed voor waren; het energieweerbericht voor deverschillende dagen. Desondanks kwam de Haab wel veel terug in het dagelijkse leven voor wat betreft de bepaling van wanneer welke feesten en rituelen (horend bij de verschillende seizoenen) gegeven of uitgevoerd dienden te worden en voor de positionering in de tijd van de eerder genoemde landbouw activiteiten. Net zoals wij nu de zon steeds eerder of later zien opkomen dan de dag daarvoor en de dagen korter en langer zien worden, met alle bekende gevolgen voorde weersomstandigheden van dien.

De Haab, het zonnejaar van 365 dagen bestaat uit 19 Haab-maanden: de 18 Uinals van 20 dagen en de 5 dagen van toegevoegde maand Uayeb. Gedurende de 5 dagen van Uayeb, aan het einde van de Haab, heerst het ongeluk, zo geloofden de Maya’s. Ze staan bekend als de dagen zonder naam of de dagen zonder ziel. Op deze dagen werd veel gebeden en de cyclus en de Goden werden vereerd. Als je op een van deze dagen geborenwerdwas je gedoemd tot een leven vol pech en ongeluk.

De 18 Uinals van 20 dagen worden voorzien van hun karakter en energieblauwdruk door de volgende Goden (in deel 1 staat een overzicht met iets van onderstaande icoontjes afwijkende glyphen; er zijn diverse tekens die dezelfde God voorstellen, zoals wij ook blokletters, gewone letters en letters aan elkaar geschreven kennen, die er steeds anders uitzien maar wel hetzelfde voorstellen of uitbeelden, maar ook waren er vele daadwerkelijke taalkundige varianten tussen de verschillende ‘stammen’):

Deze Goden horen dus niet bij de drie groepen Goden die de lading van de dag bepalen, zoals bij de Tzolk’in, reeds in deel 2 van deze artikelenserie besproken. Wel hebben ze ook zo hun invloed op de afzonderlijke dagen, omdat deze Goden het karakter van een hele periode(’Haab-maand’) van 20 dagen bepalen. De Goden van de 18 Uinals gaven diepgang aan de goddelijke lading van alle 20 dagen (of Kin) van elke afzonderlijke Uinal. De Goden zijn onder andere: Pop en Uo de Jaguargoden, Zotz de Vleermuisgod, Zip de God van de Jacht, Chen de Maangod etc.

De Haab telling verliep als volgt: op de eerste dag van de Haab is het 1 Pop, de volgende dag is het 2 Pop, dan 3 Pop enzovoort tot en met 19 Pop, de laatste dag dat Pop de lading van zijn Uinal draagt. Op de twintigste dag (eigenlijk dus 20 Pop, maar de Maya’s beschreven het niet als zodanig en noemden deze dag 0 Uo) dan geeft Pop zijn ‘lading’ door aan Uo, de God van de tweede Uinal die op deze twintigste dag voorbereidingen treft om de ‘lading’ van Pop te ontvangen. De twintigste (en dus ook de 40ste en 60ste etc. dag)zijn dus overgangsdagen die van relatieve rust doordrenkt zijn. Op de 21ste dag volgt dus een nieuwe serie van 20 (of liever:19) dagen, te beginnen met 1 Uo, gevolgd door 2 Uo etc. Na 360 dagen (na de 18e overgangsdag) volgen de laatste vijf onvoorspelbare en dus als onplezierig ervaren dagen, onder de energetische invloed van Uayeb, die de Haab afsluiten. Vasten en geheel onthouding was zeer gebruikelijk gedurende de dagen dat Uayeb de lading van de dag binnen de Haab bepaalde. Ook werd er veel gemediteerd gedurende deze dagen. 0 Pop is dan dus de laatste dag van het vorige jaar. Het is de laatste overgangsdag binnen de Haab.

De Haab van 365 dagen wordt vervolgens samengevoegd met de Tzolk’in van 260 dagen, wederom (net als bij de Tzolk’in van 13 x 20 dagen) het beste voor te stellen als twee tandwielen die in elkaar draaien. In dit geval een tandwiel met 260en een tandwiel met 365 tandjes:

Of zo, met de Tzolk’in gezien als twee kleine tandwielen (13 x 20), in plaats van 1 grote (260):

Na 52 jaar oftewel 18980 dagen (de kleinste gemene deler van 260 en 365 is 18980) herhaalt ‘de tijd’ zich en begint ze opnieuw, in de cyclische tijdsbeleving van de Maya’s. Elke afzonderlijke combinatie van de dagen van de Tzolk’in en de dagen van de Haab komt op deze manier eens in de 52 jaar voor.
Het kalenderwiel heeft na 52 jaren al zijn gezichten laten zien en begint aan een nieuwe ronde.
Zo is een mens pas echt volwassen na 52 jaar. Een soort uitgestelde Abraham…
Het aantal Tzolk’in- en Haab-omlopen is binnen de directe bepaling van de einddatum van eind december 2012 niet perse belangrijk maar kan als volgt worden gezien: het kost 73 Tzolk’ins om de 18980 dagenin 52 Haabs te completeren.

De Dreamspell kalender van Arguelles, die de Tzolk’in combineert met de oeroude 13-manenkalender, kent eenzelfde cyclus van 52 jaar. Echter, voegen de aanhangers van deze kalender, in tegenstelling tot de klassieke Maya’s, schrikkeldagen toe aan het jaar van 365 dagen.
De jaarlijkse afwijking die wij in het Westen compenseren met schrikkeldagen compenseert Arguelles na 52 jaar met de dertien extra dagen buiten de tijd. De zogenoemde ‘Wavespell buiten de tijd’. Zoblijft zijn Dreamspell kalender gelinkt met de Gregoriaanse kalender en dat is jammer, want de oude Maya’s deden dat niet. Arguelles’ model loopt nu dus ook niet meer gelijk met wat door de Quecha-Maya’s duizenden jaren lang van generatie op generatie aan kennis is doorgegeven. Echter, na de boekenverbrandingen enmoordpartijen op kennis-bewaardersis over de meest originele telling niet veel meer terug te vinden op papier of in documenten. Alhoewel de huidige kalenderbewakers de kennis nog wel hebben, houdt Arguelles toch vast aan de gewijzigdetelling die door de SpaanseChristenen aan de Yucatec-Maya’s is opgelegd; eenzonnejaarmet een vastebegindag van het jaar op 26 juli. De 52-jarige cyclus duurt zodoende 13 dagen langer dan origineel het geval was.

De 13-manenkalender is een kalender die over de hele wereld wordt gebruikt door bijvoorbeeld Inca’s, Maya’s, Hopi’s, Kelten, Essenen, Egyptenaren, Eskimo’s, Polynesiers en allerlei Sjamanen en Druiden.
Het totaalplaatje van dekalenders van de Maya’s gaat echter veel verder dan de inhoud van enkel de 13-manenkalender gecombineerd met de heilige Tzolk’in, zoals in deel 2 besproken (of de combinatie van de Haab met de Tzolk’in). Ze zijn als geheel gezien, zoals gezegd, extreem nauwkeurig en geven blijk van de allergrootst denkbare deskundigheid in natuurlijke en kosmische (als dat niet hetzelfde is…) tijdscycli ooit getoond op wat voor manier dan ook. De nauwkeurigheid benadert een perfectie waar enkel onze modernste atoomklokken zich mee kunnen meten. Schrikkeldagen zijn in dat systeem niet nodig.

Je zou Arguelles’ Dreamspell-systeem dus een opstapje naar een perfect harmonieus en natuurlijk systeem kunnen noemen, zoals de Maya’s dat origineel voor ogen hadden, aangezien Arguelles de Gregoriaanse kalender niet in zijn geheel laat verdwijnen door vast te blijven houden aan schrikkeldagen en een vaste ‘datum’ waarop het jaar van 365 dagen begint, te weten 26 juli. Misschien is dit ook wel goed zelfs, die ‘tussenfase’ tussen Gregoriaans en écht natuurlijk; mensen nemen liever twee kleine stapjes dan een grote, als het om verandering gaat. Uiteindelijk wil Arguelles ook alleen maar dat we allemaal volgens de harmonische ritmen leven. Dan had hij alleen beter niet vanuit de doorWesterse Christenen bevuilde Yucatec-telling kunnen doorrekenen.

Het systeem van Arguelles an sich klopt duswel, maar de schrikkeldagen om de agenda te laten kloppen verstoren na 52 jaar het ritme van de Tzolk’in. Als hij dat er nou uithaalt, kan hij mij ook als een van de aanhangers van zijn ideeen beschouwen…. John Major Jenkins en Carl Calleman hebben dit in een soort debat met Jose Arguelles ook al tevergeefs geprobeerd duidelijk te maken. Op de meningsverschillen hieromtrent kom ik in Deel 4 uitgebreid terug.

Nou bestaat Arguelles’ kalender ook nog lang geen 52 jaar (de Yucatec-telling overigens wel) en ik vraag me dan ook af hoe zijn aanhangers zullen gaan reageren op de Wavespell buiten de tijd, wanneer die aan het einde van de cyclus van 52 jaar wordt toegevoegd, als dat al niet gebeurd is. Hunab Ku, de ene gever van ritme en maat die de energie-impulsen verzorgt die we kennen als de ‘ladingen gedragen door de Goden van het getal, de dag en het jaar’ kent naar mijn idee ook geen pauzes; elke dag is er een. Wavespells buiten de tijd passen niet in de Mayaanse ideeën over tijd. Wavespells op zich juist weer wel, omdat die de energiegolf in dertien fasenvanuit Hunab’ku, het zwarte gat in het midden van de Melkweg, beschrijven.

De dag buiten de tijd binnen de 13-manenkalender past overigens wel mooi in de kalenders, omdat die zorgt voor het benodigde aantal van 365 dagen waarmee de Tzolk’in dient te worden gecombineerd (13 manen van 28 dagen + 1 dag buiten de tijd = 365 dagen). De Haab kent dus 365 dagen en expres niet het preciezere aantal van 365,25 dagen. De Maya’s waren overigens wel bekend met dat precieze aantal.

De Lange Telling

Om de cycli die voorspellingen doen over langere perioden dan de Haab en de Tzolk’in en hun combinatie bij te houden werd een lineaire manier van dagen tellen gehanteerd. Bij wijze van uitzondering, aangezien alle Mayaanse kalenders een cyclisch karakter kennen. Deze manier van dagen tellen wordt de Lange Telling genoemd.
Zo kon men alle afzonderlijke belangrijke gebeurtenissen op de juiste dagen in het soms erg verre verleden documenteren en voorspellingen voor de toekomst gemakkelijker dateren binnen het verstrijken der dagen. Dat geldt ook voor de einddatum in 2012.

Dit documenteren en dateren gebeurde vaak met behulp van de stenen monumenten, Stele’s genoemd, die we door het hele gebied waar de Maya’s woonden terugvinden. De Mayaanse documentatie van de geschiedenis loopt tot zelfs miljarden jaren terug in de tijd. De kalenders zijn een gereedschap om de ontwikkeling van het universum te beschrijven, met daarbinnen de ontwikkeling van eencelligen, dieren, mensen en uiteindelijk de menselijke geschiedenis en de ontwikkeling van een enkel mens of enkel een dag. Een fractale tijdsrekening dus. Eigenlijk beschrijven de kalenders de ontwikkeling van bewustzijn.

Zo kunnen de Goden van het getal bijvoorbeeld over 13 verschillende dagen heersen, maar ook over 13 Tuns, 13 Baktuns, 13 Hablatuns etc. De karakters van de 13 verschillende fasen waarmee alles zich ontwikkelt kunnen ook op de toekomst worden toegepast. Zo wist men exact wat voor type dag / jaar / periode van 144000 dagen etc. er aan ging komen en in welke fase deze periode zich bevond.

Over het algemeen, wanneer we het over de Lange Telling hebben, hebben we het over de telling diede laatsteperiode van 13 Baktuns beschrijft. Deze Wavespell van 13 x 144000 dagen (5125,25 jaar of 5200 Tuns) komt op 21/12/2012 op zijn eindpunt terecht, wanneer we omrekenen van Mayaanse naar Gregoriaanse kalenders. Maar zoals zojuist vermeld, kan er ook van Lange Telling gesproken worden bij veel grotere periodes. In dit stuk heb ik het voor het gemak, als ik over de Lange Telling schrijf, over de telling die de periode van 13 Baktuns beschrijft, tenzij anders vermeld. Uiteindelijk komt het op het simpele principe van ‘dagen tellen’ neer.

Binnen die Lange Telling van 1872000 dagen zitten weer allerlei lange en korte cycli die dankzij de lineaire Lange Telling handig bijgehouden konden, zoals cycli van Venus, Mars en andere planeten, de Plejaden en andere sterrengroepen en sterrenbeelden, maar ook de zons- en maansverduisteringen, zelfs de precessiecyclus en volgens Maurice Cotterell en anderen zelfs de cycli van de zon(nevlekken). Elke afzonderlijke dag of periode wordt zodoende beïnvloed door een flink aantal cycli welke de kalenderbewakers dienden in te schatten op mate van invloed en belangrijkheid. Ze kenden vele energieën of ‘ladingen van Goden die over de diverse periodes heersen’ die hetkarakter van de dag of periodeen het ervaren van de mens en de Aarde daarvan bepalen.

Micro- en macrocycli beïnvloeden het karakter van de dag tegelijkertijd. Het werkt eigenlijk net als kleuren mengen: veel blauw, beetje geel, beetje meer roodetcetera, met als resultaat de eindkleur; het energieweerbericht voor de dag (van vandaag, een dag uit het verleden of een dag in de toekomst) of ‘in te kleuren’ periode.

Dat was een uitgebreide, ingewikkelde maar erg belangrijke klus, waarvan de berekeningen doorgaansniet door het gewone volk gezien of begrepen werden. Ze (uitzonderingen daargelaten) hielden zich er niet mee bezig en hadden andere taken binnen de gemeenschap. Het gewone volk volgde de Tzolk’in in combinatie met wat de jaargetijden brachten en dat was meer dan genoeg voor het begrijpen en het indelen van het dagelijkse leven.

Wel werdhet leven van de ‘gewone’ Maya door andere, langere cycli enigszins beïnvloed, zoals ik in het begin van dit deel al besprak. Denk maar aan de offers die gebracht werden tijdens rituelen en het bekende Mayaanse balspel en denkbijvoorbeeld eens aan de afsluiting van de belangrijke periode van 52 jaar. Er werd dan, na 52 jaar, door een aantal oude stammen een groot feest gevierd om te gedenken en te vieren dat de wereld niet vergaan was, nadat men dat unaniem had geconstateerd. Allerlei vormen van bijgeloof kwamen bij het gewone volk kijken bij het verstrijken van de periode van 18980 dagen, welke samenhangt met een astronomische cyclus van de sterrengroep Plejaden. Zo dacht men dat zwangere vrouwen en kinderen het risico liepen om te veranderen in muizen en andere diersoorten.

Het vieren en uitvoeren van deze zogenoemde ‘Nieuwe Vuur Ceremonie’ door de inheemse bevolking en hun vrees voor het naderen van het einde van een cyclus is zelfs nog door de Spanjaarden die kwamen binnenstormen vernomen en beschreven, tussen de slachtpartijen en boekenverbrandingen door.
De Ah-kin en de Chimal wisten wel beter, want zij kenden de Lange Telling en het samenvallen der cycli als hun broekzak. Zij hadden geen reden om elke 52 jaar bang te zijn.
Zij waren enkel angstig voor het voorspelde onheilspellende einde van de 13-Baktun Lange Telling-kalender.

Ze wisten dit eindpunt in de lineaire tijd te markeren met een belangrijke astronomische gebeurtenis die dan plaatsvindt: de kosmische samenstand tussen de winterzonnewende zon en het centrum van de melkweg (het zwarte gat), door de Maya’s Hunab Ku genaamd, de ene schepper van ritme en maat. Dat alles uiteraard gezien vanaf de Aarde. Een gebeurtenis die een keer per precessiecyclus van bijna 26000 jaar plaatsvindt (eigenlijk 2 keer, maar 13000 jaar geleden was de samenstand ‘verkeerd om’).

Deze samenstand is geen exact punt in de tijd omdat de zon ook zo haar ruimte in de hemelbol inneemt – ongeveer een halve graad en zodoende vindt de samenstand plaats binnen een ‘range’ van 36 jaar omdat de precessiecyclus over 1 graad 72 jaren doet; de kosmische samenstand is een proces. Astronomen en andere wetenschappers vinden dit punt voldoende om de hele 2012-theorie ten onrechte omver te werpen. Het voldoet niet aan de huidig geldende door de wetenschap vastgestelde regels die een samenstand als een punt in de tijd bestempelen en beschrijven.
Nogal een aparte redenering, want dan zou bijvoorbeeld een Venus-overgang ook geen astronomische of astrologische betekenis kunnenhebben, maar gaat het enkel om het punt waarop het middelpunt van de zon in samenstand staat met het middelpunt van Venus (en dat komt praktisch nooit voor), terwijl het hier om hemellichamen gaat en niet om punten aan de hemel. Hierover in een volgend deel van deze artikelenserie meer, maar zie ook het artikel Jenkins vs Strous in het dossier 2012 hier op DossierX.nl om even te proeven van dit type debat.

In de oude stad Izapa (Mexico) vinden we veel zaken die verwijzen naar de astronomische gebeurtenis in en omstreeks 2012, de kosmische samenstand;het eindevan hetlangdurige proces richting de samenstand,wanneer de winterzonnewende zon door het donkere pad van de Melkweg loopt. Deze afgelegde weg wordt ook wel het geboortekanaal van de Melkweg genoemd en komt in 2012 ten einde. Gedurende deze weg door het geboortekanaal passeert de winterzonnewende zon het zwarte gat (Hunab Ku), ofwel het galactische centrum, waar alles in verdwijnt, maar waar ook alles vandaan komt. Op deze manier wordt de zon ‘geboren’, nadat de Melkweg bijna 26000 jaar ‘zwanger’ is geweest. De Maya’s zien dit als een spirituele transformatie waarin de menseindelijk geestelijk geboren wordt. Dit sluit aan bij het idee dat de Mayakalenders de ontwikkeling van bewustzijn beschrijft en bijhoudt.

Zo laat een tekening van Stele 11,te Izapa,ons met behulp van de iconenof glyphen deze symbolische beschrijving zien als de kosmische vader in het geboortekanaal / de donkere kloof van de kosmische moeder:

Een plaatje van hoe dat er astronomisch uit ziet vindt u hieronder. Hierop is duidelijk het donkere ‘geboortekanaal’ te zien dwars door de grote hoeveelheid sterren heen. Ook is het middelpunt van de Melkweg te zien daar waar het groene kruisje staat voorzien van de tekst ‘Galactic Centre’:

Hoe werkt die Lange Telling die eindigt in 2012 dan precies?

Het tellen van de dagen binnen de Lange Telling die eindigt in 2012 gaat als volgt:

Het aantal verstreken dagen sinds het begin van de schepping van de huidige Zon of wereld wordt omschreven door icoontjes of glyphen die perioden van verschillende lengten bestrijken, voorzien van een getal waarmee die periode moet worden vermenigvuldigd.
Op een zelfde manier was het ook mogelijk een dag te beschrijven die ver voor het begin van de huidige Zon ligt. Dan werd het aantal dagen geteld dat tussen het beschreven moment en de start van de 13-Baktun Lange Telling van dagen van de huidige Zon verstreken was.
Zie ook deel 1 voor de manier van tellen van de Maya’s, de benoeming van afzonderlijke kalenders en nog langere perioden van getelde dagen die perioden beschrijven langer dan de Lange Telling van 1872000 dagen, zelfs tot perioden van meer dan een miljard jaar per eenheid, resulterend in miljarden jaren geschiedenis beschrijvingen! Die telling gaat dus zeker om iets heel anders dan bijhouden wanneer er gezaaid en geoogst dient te worden. Hij gaat zelfs over cycli die de duur van het leven van onze Aardbol ontstijgen.

De volgende verschillende perioden of tijdseenheden zijnbelangrijk voor het bepalen van de einddatum van de 13 Baktun Lange Telling van de huidige Zon:

Wanneer er op een van de vele Stele’s, de stenen monumenten ter ere van de dag die erop wordt vermeld, een Baktun teken staat met daarvoor het teken 4, dan benoemt die betreffende Stele een dag die 144000 x 4 dagen na de eerste dag sinds de schepping van deze, huidige Zon een bepaald voorval ondervond. Logischerwijs kennen de Stele’s vaak niet 1 maar een aantal van getallen voorziene glyphen die de verschillende hierboven genoemde perioden van aantallen dagen vertegenwoordigen en zich bij elkaar laten optellen om zo bij de betreffende beschreven dag uit te komen.

Het tellen van dagen in het huidige tijdperk begon bij de eerste dag sinds de schepping van de huidige Zon die teruggerekend herkend wordt binnen de Gregoriaanse tijdrekening als 11/8/3114 of 13/8/3114 of 3113 voor Christus. Daar zijn de meningen bij sommigen nog over verdeeld; verschillende correlaties worden gehanteerd. Meningen van belangrijke kalenderkenners als Jenkins, Calleman en Arguelles zijnhierover ookverdeeld maar verschillen bar weinig en gaan soms zelfs hand in hand met elkaar. Iets waar ik binnenkort in deel 4 nog uitgebreid op terug zal komen. Overigens is het verschil tussen 3113 en 3114 afhankelijk van de vraag of je het jaar nul meeneemt in de telling.

Een moderne manier van notatie voor identificatie van de locatie van een dag binnen de 13 Baktuns beschrijvende Lange Telling van dagen verstreken in onze huidige wereld of Zon geschiedtop de volgende manier:

12.18.16.2.6, 3 Cimi 4 Zotz

4 Zotz is de Haab datum. 3 Cimi is de Tzolkin datum en 12.18.16.2.6 is de Lange Telling datum. De Lange Telling datum wordt dus opgebouwd, van links naar rechts (op de Stele’s in het originele schrift van boven naar beneden) met uiterst links het getal 12. Dat staat voor 12 Baktuns, periodes van 144000 dagen verstreken sinds dag 1 van de huidige Zon. De 18 staat voor het aantal Katuns van 7200 dagen dat daarbij opgeteld dient te worden. Vervolgens beeld de 16 het aantal Tuns van 360 dagen dat daar weer bij opgeteld moet worden uit en daarna komt het getal 2 dat staat voor het aantal Uinals van 20 dagen dat bij het totaal opgeteld kan worden. Het laatste cijfer binnen deze Lange Telling-notatie is in dit voorbeeld het getal 6, wat voor het aantal Kins, de’losse’ dagen staat. Dus geeft deze notatie een dag aan die zich 12 x 144000 + 18 x 7200 + 16 x 360 + 2 x 20 + 6 = 1863406 dagen na de eerste dag van de huidige Zon situeerde in de geschiedenis. Omgerekend is dat dan 11 juni 1989. Een dag die binnen de cyclus van 52 jaren (de combinatie cyclus van de Tzolk’in en de Haab) bekend stond als 3 Cimi 4 Zotz.

Het aantal Kins, Tuns en Katuns loopt van 0 tot en met 19, Uinals van 0 tot en met 17 en het aantal Baktuns loopt binnen de huidige Zon van 1 tot en met 13. De laatste dag van deze Zon is dan 13.0.0.0.0 welke volgt op 12.19.19.17.19. Deeerste dag van de Lange Telling van dehuidige Zon is dus13.0.0.0.0 en kentde benaming binnen de 52 jarige cyclus van 4 Ahau 8 Cumku. De allerlaatste dag van de huidige Zon is 4 Ahau 3 Kankin. Omdat Arguelles’ systeem niet origineel is, en schrikkeldagen incalculeert,komt hij uit op 12 Manik, voor de laatste dag. Dan heeft hij voor die dag dus het ‘energieweerbericht’ voor een paar maanden daarvoor voorspeld….. Niet erg handig. Als Erwin Kroll dat zou doen, dan werd hij ontslagen.

De dertien afzonderlijke Baktuns van 144000 dagen kunnen zodoende ook weer via de Tzolk’in geïnterpreteerd worden. De Tzolk’in doet zo dus ook dienst voor periodes van bijvoorbeeld 13 maanden, 13 jaren, 13 Baktuns etcetera en dus niet alleen voor degebruikelijke periode van13 dagen (door Arguelles de Wavespell genoemd). Zoals je nog wel weet uit deel twee is de golfbetovering (Wavespell) na 13 perioden gecompleteerd en volgt een nieuwe serie van 13 periodes, op het volgende niveau. Zo werkt het ook bij de Baktuns, maar kun je de Wavespell van 13 fasenook gebruiken om bijvoorbeeld de ontwikkeling van 13 Katuns te beschrijven, terwijl die binnen de Lange Telling van 0 tot en met 19 lopen. Op deze manier kan binnen de lineaire telling van dagen de heilige Tzolk’in toch zijn werk doen en zijn al deze periodes en cycli met elkaar verbonden en komen ze in elkaar terug.

Je zou de Gregoriaanse kalender dus individualistisch kunnen noemen omdat ze alle dagen en perioden los van elkaar ziet. Dit lijkt zich in onze samenleving ook nogal te manifesteren in het dagelijkse leven, hoe mensen met elkaar omgaan. Een dag betekent ‘Kin’, maar Kin betekent bij de Maya’s ook ‘mens’. Als we de dagen zien als ‘los van elkaar’ in plaats van ‘verbonden en doordrenkt met en vanelkaar’, dan zien we de relatie tussen alle mensen ook zo. Bij de Maya’s was het algemene belang dan ook een flink stuk belangrijker dan het belang van het individu. Niet zo raar dus, dat 1% van alle mensen 99% van al het geld en kapitaal in handen heeft, in onze Westerse samenleving (een samenleving die het woord ‘beschaving’ mijns inziens niet verdient). Het algemene belang legt het af tegen het belang van het individu. Als je dit soort zaken beseft, begrijp je ook het grote belang van het veranderen van onze kalender en onze kijk op ‘tijd’. De manier waarop we omgaan met tijd (tijd = geld) werkt door tot op het diepste niveau.

Overigens is Carl Calleman de enige die de einddatum van deze 13-Baktun Lange Telling aan het exacte einde van de korte Tzolk’in periode van 260 dagen, 13 Ahau, wil koppelen en heeft daar dus een wat afwijkende mening over en ideeën over, waar ik uiteraard nog op ga terugkomen in deel 4. Er zijn ook mensen die vinden dat de Baktuns niet van 1 tot en met 13 lopen maar van 1 tot en met 20, wanneer de volgende Pictun start (periode van 20 Baktuns). Deze grote perioden van 20 Baktuns en andere benaderingen van mogelijke einddata gaan echter voorbij aan de nogal belangrijke theorie over de kosmische samenstand welke sowieso gebruikt wordt om het beschreven einde in 2012 te kunnen identificeren aan de hand van de precessiecyclus en wellicht zelfs ook directe fysieke en geestelijke gevolgen met zich meebrengt. Een gegeven dat wordt onderbouwd door erg veel multidisciplinair bewijs (tradities, rituelen, astronomie, iconografieën, plaatsing en oriëntering van monumenten, mythen, het balspel, de Stele’s etc), zoals we dat in de volgens Jenkins speciaal voor de Lange Telling gebouwde stad Izapa uitgebreid kunnen terugvinden duidelijk op bijvoorbeeld Stele nummer 11 en in andere van de genoemde disciplines.

Met andere woorden: de volledige achtergrond van de vele elementen uit de (Izapaanse) cultuur gaat uiteindelijk over de einddatum van de Lange Telling in 2012. Daarbij komt ook nog dat we de Wavespell kennen, de golfbeweging van 13 fasen. De 13 Baktuns beschrijven de periode van 1 Zon, de menselijke geschiedenis, met al haar kenmerken. Het is dus erg logisch om 13 Baktuns te tellen in plaats van 20. Als je er 13 telt in een Zon, dan volg je ook de Mayaanse kalenderbewakers die nog steeds de dagen bijhouden in de hooglanden van Guatemala. Genoeg redenen dus om niet aan het door de Maya’s bepaalde eindpunt te twijfelen. Dit idee van 13 Baktuns in een Zon hangt Calleman overigens wel aan. Hij voert dit idee zelfs nog naar een noghoger niveau, door te stellen dat 13 Hablatuns, periodes van 1,26 miljard jaar, de fases beschrijven van de ontwikkeling van het universum, waarbij die volledige ontwikkeling, van begin tot eind, als een Wavespell gezien kan worden. Daarbij zitten we nu in de laatste Hablatun, maar dus ook in de laatste (13e) Baktun. Dit hele proces van ontwikkeling van het universum begon met de voorbereidingen van de eventuele oerknal en eindigt als de huidige Zon ten einde komt; over enkele jaren dus. Dit idee sluit op zich goed aan met de fractale tijdsbeleving van de Maya’s en het idee dat de Mayakalenders de ontwikkeling van bewustzijn (of: informatie) beschrijven. Er wordt dan ook veel gesproken over een bewustzijnstransformatie of grote bewustzijnsveranderingen rondom de einddatum.

Het is bij deze ook erg interessant te vermelden dat Terence McKenna de geschiedenis en ontwikkeling van het universum op eenzelfde manier ziet en dat hij zonder ooit van Mayakalenders gehoord te hebben vanuit de 64 hexagrammen in het oeroude orakelboek de I-Tjing een tijdsgolf heeft gedecodeerd die zichzelf steeds herhaalt, binnen een exponentieel korter wordende periode (‘de bekende fractals’). Deze tijdsgolf (Timewave Zero), die de ontwikkeling van de ‘grote belangrijke veranderingen in het dagelijkse leven’ uitzet tegen de verstreken tijd, is een wiskundig exponentiele functie met een bereik van 0 (oerknal) tot en met 2012.Met andere woorden: steeds sneller volgen grote belangrijke gebeurtenissen of uitvindingen elkaar op, tot het moment dat er alleen nog maar verandering is. In de laatste seconde voor dit eindpunt op 21/12/2012 vinden meer grote veranderingen plaats dan in alle miljarden jaren daaraan voorafgaand….. Vrij heftig dus, maar erg herkenbaar als ik naar het leven op Aarde en deontwikkeling van het levenkijk. Hierop gaan we in deel 4 zeer zeker nog uitgebreider in.

Zelfs de huidige kalenderbewakers in Guatemala, zoals Zwervende Wolf in de film The Year Zero, of Barrios,hangen de datum in december 2012 aan en treffen hun voorbereidingen met andere indianenstammen afkomstig vanaf het hele Amerikaanse continent. Waarom zouden wij Westerlingen het dan nodig achten een correctie op die kalenders uit te voeren, of ze zomaar naast ons neer te leggen? Zou een extreem nauwkeurige kalender gewoon een willekeurige datum als eindpunt bestempelen? Dat lijkt me erg sterk en dat idee degradeert mijns inziens ook het hele idee achter de kalenders en de genoemde einddatum. Het debat tussen Jenkins en Calleman en Arguelles hieromtrent wordt uitgebreid besproken inhet volgende artikel. Evenals andere ideeen over begin en einddata, die soms een paar dagen en in Calleman’s geval zelfs meer dan een jaar uiteen liggen.Op dit momentga ik daar hier niet verder op in te gaan; ik behandel nu alleen de meest gangbare en naar mijn idee meest klassieke benadering.

We hadden het net al even over de stad Izapa. Deze stad zit helemaal vol met verwijzingen naar 2012. Volgens Jenkins en anderen vond de introductie van de Lange Telling kalender van onze huidige Zon, die zo’n 5118 jaar geleden begon met het tellen van de voorbije dagen, dan ook plaats in deze stad en het gebied daaromheen. Men rekende toen, rond het begin van de Gregoriaanse jaartelling en waarschijnlijk zelfs al enkele eeuwen daarvoor, terug naar wat de begindatum van de huidige Lange Telling moest zijn. De Lange Telling had zodoende gedurende het begin van het gebruik van deze telling aleen flink deel van het totale aantal dagen in deze Zon geteld. Er werd terug gerekend naar het beginpunt en vooruit gerekend naar het eindpunt. Andere bronnen melden dat de Quecha’s al zeker 3000 jaar de Lange Telling bijhouden, en dat deze kennis de bron is voor de Izapaanse kalendercultuur.

Dat de Maya’s en zelfs de Ah-Kin en de Chilam nogal bang waren voor de einddatum in 2012 komt omdat de Lange Telling kalender het verstrijken van het aantal dagen sinds de creatie van de huidige Zon bijhoudt. Aan het begin van deze Zon gingen grote rampen vooraf die het einde van de vorige Zon inluidden. Zo is elke Zon of wereld afgesloten met een serie enorme rampen. Zowel natuurrampen als cultuurrampen. Elke Zon of wereld kende haar specifieke bewoners, zoals Frank StClair van DossierX al eens omschreef in een artikel over de kennis van de Maya’s. Zo meldt Frank ons het volgende:

“De Quechuaanse historici vertelden aan Fernando Montesinos en andere Spaanse geschiedschrijvers dat er voor het laatste rijk meerdere perioden waren geweest. Deze perioden, die duizenden jaren teruggaan, werden “zonnen” genoemd en eindigden meestal door diverse rampen. Zowel de Zuid- als Midden-Amerikaanse historici kennen 5 van deze “zonnen” of “periodes” en zij beginnen hun geschiedenis met:

De 1ste “zon” van de Goden, Wiracochas genaamd.
De 2de “zon” wordt gekenmerkt door een bevolking van reuzen
De 3de “zon” is een periode van primitieve en onbeschaafde mensen, misschien wel de ploeterende overlevenden van een eerdere catastrofe?
De 4de “zon” is het tijdperk van de semi-verlichte “helden koningen”
De 5de “zon” is een tijd waar de mensen koning zijn en waarvan de Inca’s uit Cusco beweren af te stammen.
Padre Blas Valera schetst in een document uit 1600 hoe, volgens de Quechua, de Wiracochas in het tijdperk van de 1ste zon hun weg vonden in de Andes. De Wiracochas kwamen van de zee om zich te vestigen bij het Titicaca meer.”

Aldus het citaat.

Het betrof in de eerste wereld de blanke bebaarde Goden die uit het oosten aan kwamen varen.
Na de vijfde zon houdt alles op. Het einde van deze Lange Telling wordt dus niet opgevolgd door een zesde Zon. Behalve dat de Ah-Kin dus rampen verwachten en voorspellen voor de periode richting 2012, net als de vorige keren dat de Lange Telling van de vier betreffende Zonnen tot hun einde kwamen, toen grote rampen zich aan de toenmalige Aardbewoners openbaarden, is er nu sprake van een soort definitief einde. De vijf Zonnen die de hele geschiedenis van verschillende ‘volken’ vertegenwoordigen zijn immers volledig doorlopen, althans, op zeven jaren na dan…..

Het volledige project is afgerond eind 2012. In den beginne was de Aarde bedoeld om gedurende de vijf Zonnen bevolkt te worden door de verschillende soorten. Daarna is het verhaal open, of gesloten, zo u wilt. Het bewustzijnstransformatie idee lijkt te suggereren dat we op een andere manier, een ander niveau verder gaan. Een wereld zonder gebonden te zijn aan de regels van ruimte en tijd?Elk einde heeft een nieuw begin. Maar echt 100% zekerheid hebben we hier natuurlijk geenszins over, al kloppen de Mayaanse voorspellingen wel altijd, voor zover we na hebben kunnen gaan natuurlijk.


Nou is het zo dat de volledige periode vande huidigeZon1872000 dagen duurt. Dit staat gelijk aan 5200 Tuns van 360 dagen ofwel 5125 jaren en een paar maanden. Het interessante aan deze periode is allereerst dat de Mayakalenders en hun cycli fractaal werken. Dat wil zeggen dat er sprake is van 52 weken (maanfasen) per jaar, kennen we de 52 jarige cyclus van de combinatie van de Tzolk’in met de Haab (de twee belangrijkste kalenders uit het dagelijkse leven van de gemiddelde Maya) en kennen we nu dus ook de 5200 Tuns van 360 dagen durende Zon. Zelfs het getal 520 komt terug in deze serie aangezien het na de invasie van Columbus in de Nieuwe Wereld exact 520 jaren duurt voordat de Lange Telling stopt. Zo heeft de Westerse mens 520 jaren van de kalenders kunnen genieten (al hebben we dat helaas niet gedaan…). Deze periode van 520 jaren kennen we uit deel 1 nog als de Ku Tun die een periode beslaat van 520 jaar, tien keer zoveel dus als de Muchuchu Mil van 52 jaren. Deze kalender van 520 jaren is belangrijk voor het doen van voorspellingen en heeft dus ook een profetisch karakter. Hij wordt in combinatie met de andere profetische cycli gebruikt om tot een echte gedetailleerde voorspelling te komen, net zoals dat Tarot kaarten ‘samen’ de voorspelling maken of vertellen door de combinatie van verschillende Tarot kaarten en niet door elke kaart afzonderlijk (althans, veel minder gedetailleerd). Ook kennen we nog de Ekomal Tun. Deze cyclus bedraagt ook 520 jaren en is ook een voor de mensheid belangrijke voorspellende kalender. Het verschil met de Ku Tun is mij niet bekend. De Ekomal Tun zou de vrouwelijke en de mannelijke draaiing van de Zon moeten aangeven.

Zo zien we het getal 52 op allerlei manieren terug binnen de kalenders, als 52 (weken en jaren), 520 en 5200. De periode van 5200 Tuns is op een andere manier erg interessant aangezien het 1/5 van de precessiecyclus van bijna 26000 jaar vertegenwoordigt. Dankzij deze cyclus kan de kosmische samenstand plaatsvinden en kennen we de periode waarin dat gaat gebeuren. We hebben dus vier werelden achter de rug (bijna 5) en het lijkt vrij aannemelijk dat de vijf Zonnen de duur van de precessiecyclus omschrijven. Zou de kosmische samenstand die nu na 26000 jaar eindelijk weer plaatsvindt meer zijn dan enkel een ijkpunt aan de hemel voor bepaling van een belangrijk moment in de tijd? Of zorgt die samenstand en de krachten die daarmee gepaard gaanvoor verschijnselen die we kunnen linken aan wat de Maya’s bedoelen met de rampen tegen het einde van alle Zonnen en de Inca’s bestempelden als de ‘ruimtetijdbreuk’ (wat erg veel lijkt op McKenna’s theorie)? Als je meer wilt weten over de invloed van de kosmische samenstand op onder andere de Aarde en de mens, dan raad ik je de theorieën van Jurgen Deleye aan, die je hier op DossierX.nl kunt vinden, maar welke ook op zijn site Seriewoordenaar.nl beschreven staan. Bekijk de bronnen maar eens.

Door het gebruik van alle kalenders en cycli samen, door hun kenmerken en ladingen te doorgronden, voorspelden de Maya’s de komst van Cortez tot op de dag nauwkeurig, al vond die gebeurtenis pas eeuwen later, ver na het doen van de originele voorspelling, in de 16e eeuw plaats!
Ook wisten de Maya’s al in het jaar 755 na Christus te melden dat er in 1991 boven Mexico-stad een grote UFO-golf zou plaatsvinden gedurende de grote zonsverduistering van dat jaar. De kalenderkenners voorspelden immers dat op die dag ‘de Goden terug zouden keren op Aarde’. Het is mij niet bekend of de bestuurders van de UFO’s blanke mannen met witte baarden waren, zoals ze hun Goden van wie ze de kalenderkennis eerder omschreven, maar de voorspelling is op zijn minst treffend. Open staat dus nog de voorspelling voor 2012. Voor de periode die direct voor ons ligt voorspellen de Ah-Kin grote sociale, economische en culturele onrust vergezeld van de nodige natuurrampen en klimatologische stuiptrekkingen. Door deze voorspellingen heeft de kalender zichzelf in leven gehouden; het betrekt onze tegenwoordige tijd in een eeuwenoude uiterst precieze kosmische wetenschap.


Uitleiding

Met dank aan een ieder die zich heeft ingezet voor de verspreiding van de kalenderwetenschappen van (onder andere) de Maya’s en een ieder die zich sterk heeft gemaakt voor de invoering van de Mayakalenders ten koste van de verzonnen en onregelmatige, algemeen ten onrechte geaccepteerde Westerse Gregoriaanse kalender.
Dank aan zij die dit doen ten behoeve van al het leven met als doel dat de mens in harmonie met zichzelf, zijn omgeving, moeder Aarde, de onzichtbare wereld en dus met de kosmische en natuurlijke cycli zelf leeft.

TUNE IN, zou ik zeggen!

PS: Er komt in ieder geval nog een volgend, vierde deel van deze artikelenserie waarin ik verder in ga op diverse wat langere cycli binnen de Lange Telling, zoals die van Venus, de Plejaden, etc. Ook zal ik daarin de dertien hemelen en de negen hellen bespreken en komen er nog wat zaken uit de kalenders aan bod.
Ook wordt u nog ingelicht hoe de hedendaagse kalenderwetenschappers verschillen van mening en waarom.

Wordt vervolgd!

Bekijk ook

De Maya van de Eeuwige Tijd - Deel 8

De Maya van de Eeuwige Tijd – Deel 8

Een serie van Drunvalo Melchizedek, waarin hij het echte verhaal van de Maya's over 2012 vertelt. Als één van de zeer weinigen heeft hij de moeite genomen om het nog bestaande Maya-volk in midden-Amerika te bezoeken, en te horen wat hun kalender en voorspellingen over de "eindtijd" nou eigenlijk betekenen.